Gedragswetenschap helpt bij aanpak zwerfafval

Gepubliceerd 17 oktober 2019

Hoe krijg je grip op zwerfafval? Veel gemeenten vinden het antwoord in techniek en in handhaving. Volgens Ernst Beitler, Adviseur Leefomgeving bij de gemeente Amersfoort, ontbreekt er dan echter een effectiever wapen: gedragswetenschap.

Sinds maart 2019 heeft gemeente Amersfoort een gedragswetenschapper in het projectteam dat zich bezighoudt met het voorkomen van bijplaatsingen. De komst van ‘sociale wetenschappen’ in de aanpak van zwerfafval heeft te maken met een groeiend besef van de invloed van zowel bewuste als onbewuste processen van mensen. Dit besef gaat hand in hand met een nieuwe methodiek van afvalinzameling, die steeds vaker plaatsvindt in de openbare ruimte. Beitler: "Eind 2016 besloot onze gemeente met het oog op de VANG-doelstellingen om omgekeerd te gaan inzamelen. Hiermee zijn we afgegaan van inzameling op eigen terrein en kwamen er veel ondergrondse systemen in de stad, ofwel de openbare ruimte. En of het nu gaat om bomen, verkeersveiligheid of afval: iedereen heeft een mening over die openbare ruimte. Toch wil iedereen hetzelfde: een schone, veilige woonomgeving. De beleving en mening van mensen over de openbare ruimte, die ten grondslag liggen aan hun gedrag, is met omgekeerd inzamelen erg belangrijk geworden."

Ander beleid

Beitler merkte dat er door de aandacht voor ‘de mens’ ook in beleid een ommekeer moest komen. "Voor het omgekeerd inzamelen ontwikkelden we flankerend beleid om bijplaatsingen te voorkomen. Ik merkte hierbij meteen hoezeer we van nature geneigd zijn om dingen op te lossen met techniek. Maar omdat de beleving van mensen nu belangrijker werd, voldeed dit niet. Tegelijkertijd merkte ik dat men uitging van ‘handhaving’ en ‘straffen’. Maar dan handel je vanuit wantrouwen, zonder je te verplaatsen in de ander. Ik zeg altijd: als je een hond slaat wordt hij alleen maar valser. Maar wat we juist willen is gewenst gedrag. Doe het in de bak, én doe het in de goede bak."

Om dit gewenste gedrag te bereiken, werd een gedragswetenschapper aangenomen. Deze is geen consultant, maar fulltime actief in het team dat bijplaatsingen moet voorkomen. Het woord ‘voorkomen’ is van cruciaal belang en laat de unieke kracht van gedragswetenschap zien bij de aanpak van zwerfafval. "Pas als er bijplaatsingen staan, treden er allerlei mechanismen in werking: handhaving, ROVA in stelling brengen om het op te ruimen, etc. Maar dat is allemaal achteraf. Wij willen het echt voorkomen."

Elke locatie is anders

Makkelijk is voorkomen echter niet. De beweegredenen achter menselijk handelen blijken in de praktijk erg divers. Het projectteam Omgekeerd Inzamelen merkt dat deze bij elke locatie verschillen. Er is dus geen eenduidige oorzaak, en daardoor ook geen eenduidige aanpak. Momenteel wordt er gewerkt aan software die helpt om bijplaatsingen te monitoren. De inzichten van gedragswetenschap helpen hierbij, maar ook bij het kiezen van een effectieve aanpak die hieruit volgt.

"Er zijn allerlei methodieken om mensen te sturen. De ene keer is nudging handig, ofwel het aantrekkelijker maken van gewenst gedrag door de omgeving aan te passen. Maar ook het tonen van ‘winnend gedrag’ kan in bepaalde gevallen effectief zijn. Dankzij onze expertise op het gebied van gedragswetenschap weten we dat in wijken met een gemiddelde sociale cohesie, mensen graag bij de winnaars willen horen. Vanuit deze kennis kiezen we dan voor bepaalde methodieken die winnend gedrag laten zien. Deze kunnen overigens ook bij andere uitdagingen helpen. Als je bijvoorbeeld communiceert dat erg veel buurtbewoners hun afval op de juiste manier scheiden, kun je ervoor zorgen dat andere mensen zich ook conformeren aan dit gewenste gedrag."

Alles draait om de beleving

Gedragswetenschap betekent ook sociaal experimenteren. "In een van onze proeven werden wijkbewoners meegenomen in de aanpak van bijplaatsingen. Hoewel uiteindelijk bleek dat het aantal bijplaatsingen feitelijk niet afnam, ervoeren bewoners dat hun woonomgeving schoner was. De beleving verandert als je met elkaar samenwerkt om iets te verbeteren. Dat is een belangrijke bevinding, want uiteindelijk draait alles om de beleving van bewoners. Alle onderdelen van de ‘Schoon, heel en veilig’-doelen zijn onderhevig aan interpretatie."

Dit gegeven maakt gedragswetenschap onmisbaar in het palet aan maatregelen tegen zwerfafval. Het kan helpen om het aantal bijplaatsingen te verminderen, en daarmee duurzame doelstellingen te halen, maar ook unieke resultaten opleveren die verder gaan dan harde cijfers: een verbetering van de beleving van bewoners.